In de provincie Noord-Brabant neemt het gebied van “De Alm en Biesbosch” een bijzondere plaats in voor de sportvisserij. In tegenstelling tot de veelheid aan beken op de zandgronden komen juist hier veel (gegraven) polderwateren voor.

Daarnaast komen nog enkele kreken of kreekrestanten voor, welke door het landschap kronkelen en gekenmerkt worden door veel natuurschoon. Als gevolg van het overwegende landbouwgebruik in het gebied voegt de uitgestrektheid van het landschap en de daarmee gepaard gaande rust, extra waarde toe aan de beleving van de sportvisserij.

Er wordt  vrij regelmatig gevist wordt door de sportvissers in het gebied van de Alm en de Biesbosch. In hoofdzaak vist men in recreatief verband, waarbij het meest wordt gevist op witvis (brasem, blankvoorn, kolblei), snoek en snoekbaars. Het meest wordt gevist met de vaste hengel, gevolgd door het vissen met dood of levend aas voor het vangen van snoek. Over het algemeen is men redelijk tevreden over de vangst. Daarbij wordt opgemerkt dat de vangsten toenemen, maar het gemiddeld formaat van de gevangen vis wat achterblijft.